^
^
Recent Featured Videos and Articles | Eastern “Orthodoxy” Exposed | Why Hell Must Be Eternal | The Antichrist Identified! | What Fake Christians Get Wrong About Ephesians | Why So Many Can't Believe | “Magicians” Prove A Spiritual World Exists | Amazing Evidence For God | News Links |
Vatican II “Catholic” Church Exposed | Steps To Convert | Outside The Church There Is No Salvation | E-Exchanges | The Holy Rosary | Padre Pio | Traditional Catholic Issues And Groups | Help Save Souls: Donate |
Verklarende Woordenlijst van Termen en Principes
– Deze verklarende woordenlijst met termen en principes zal hopelijk snel hulp bieden aan hen die onbekend zijn met sommige uitdrukkingen, onderwerpen of principes die vaak in dit boek worden besproken. Deze woordenlijst is gerangschikt naar onderwerp in plaats van alfabetisch, omdat wij denken dat dit doelmatiger is.-
Pausschap - het ambt van een paus, de opvolger van St. Petrus, dat door Jezus Christus (Matt. 16, 18-20; Joh. 21, 15-17) werd ingesteld in St. Petrus als hoofd van de Christelijke Kerk. De bisschoppen van Rome zijn de opvolgers van St. Petrus. Ze hebben hetzelfde primaatschap in de christelijke Kerk als St. Petrus in de apostolische Kerk bezat.
Magisterium - het leergezag van de Katholieke Kerk, uitgeoefend door een paus wanneer hij een dogma afkondigt met het gezag van het pausschap. Niet elke uitspraak van een ware paus maakt deel uit van het leergezag. Een paus spreekt alleen met gezag als hij aan bepaalde voorwaarden voldoet (zoals gedefinieerd door het Eerste Vaticaans Concilie). Degenen die trouw zijn aan het Magisterium zijn degenen die trouw zijn aan wat alle pausen door de geschiedenis heen dogmatisch onderwezen hebben of verklaard hebben wat de Katholieke Kerk altijd als waarheid heeft aangenomen.
Ex Cathedra - Latijn voor "vanaf de Stoel.” De term heeft betrekking op een onfeilbare uitspraak van de paus vanaf de Stoel van de heilige Petrus als hij aan de voorwaarden voor een onfeilbare uitspraak heeft voldaan. De ontkenning van een ex cathedra uitspraak van een paus is ketterij en een doodzonde. Een ex cathedra uitspraak is onveranderlijk, aangezien deze het dogma vormt dat Christus aan de Kerk heeft geopenbaard.
Goddelijke Openbaring / Dogma – De waarheid van Jezus Christus is de leer van de Goddelijke Openbaring. De Katholieke Kerk leert dat de twee bronnen van de Goddelijke Openbaring de Heilige Schrift en de Heilige Traditie zijn; de juiste inhoud ervan wordt uiteengezet door het Magisterium van de Katholieke Kerk. De Goddelijke Openbaring eindigde met de dood van de laatste apostel. Een dogma is onveranderlijk. Wanneer een paus een dogma vaststelt, verklaart hij niet dat een dogma vanaf dat moment waar is, maar verklaart hij plechtig en onfeilbaar dat wat altijd waar is geweest sinds de dood van de laatste apostel.
Dogma’s moeten worden geloofd zoals de Kerk “die eens heeft afgekondigd” zonder enige afwijking van die betekenis onder het voorwendsel van een “dieper begrip”.
Ketter – een gedoopt persoon die een dogma van de Katholieke Kerk verwerpt. Ketters worden automatisch zonder enige afkondiging (ipso facto) geëxcommuniceerd (uitgesloten uit de kerkgemeenschap) wegens de verwerping van een officieel geloofsleerstuk.
Schismaticus – iemand die gedoopt is en weigert in gemeenschap verbonden te zijn met een ware paus of met ware katholieken. Schismatici zijn bijna altijd ook ketters. Ook schismatici worden automatisch geëxcommuniceerd
Apostaat – iemand die gedoopt is en die niet slechts een of meer katholieke geloofswaarheden ontkent, maar het Christelijk geloof helemaal verworpen heeft. Afvalligen worden ook automatisch geëxcommuniceerd.
Antipaus – iemand die een bedieglijke aanspraak maakt op het pausschap (het ambt van de Bisschop van Rome. Er zijn meer dan 40 antipausen in de geschiedenis van de Kerk geweest, onder wie sommigen die in Rome regeerden.
Dit boek bewijst dat de revolutie van Vaticanum II in gang is gezet door mensen die antipaus waren en zijn, maar zich ten onrechte voordeden en voordoen als ware pausen.
Sedevacant; het standpunt van de sedevacantist -
Sede is Latijn voor “stoel” en Vacante is Latijn voor “leeg”. Een sedevacante periode is een periode waarin er geen paus is: de Stoel van de heilige Petrus is vacant. Dit gebeurt meestal na de dood van een paus of na het aftreden van een paus; dit is 200 keer in de geschiedenis van de Kerk voorgekomen, en heeft soms jaren geduurd. De kerkleraren leren dat de Stoel van Petrus vacant wordt, indien een paus een manifeste ketter wordt. Het standpunt van een sedevacantist beschrijft het standpunt van traditionele katholieken die van mening zijn dat de Stoel van de heilige Petrus momenteel vacant is omdat bewezen kan worden dat de man in Rome een publieke ketter is, en derhalve geen ware paus is.
Het Tweede Vaticaans Concilie – een concilie dat plaatsvond van 1962 -1965. Vaticanum II beweerde een algemeen concilie van de Katholieke Kerk te zijn, maar was eigenlijk een revolutionair “roversconcilie” dat leerstellingen verkondigde die door de Katholieke Kerk worden veroordeeld. Vaticanum II introduceerde een nieuwe religie, en was verantwoordelijk voor de ongelooflijke rotte vruchten en revolutionaire veranderingen die zich in de nasleep van dit concilie hebben voltrokken.
Vaticanum II Sekte – Deze term beschrijft de valse Kerk die sinds het Tweede Vaticaans Concilie is ontstaan, en die in de katholieke profetieën en de Heilige Schrift is voorzegd. Deze valse sekte is vol van ketterij, geloofsafval en de meest ongehoorde schandalen, zoals dit boek uitermate gedetailleerd bewijst. Dit boek bewijst dat de Vaticanum II sekte niet de Katholieke Kerk is, maar de vervalsing van de Duivel met als doel de mensen op een dwaalspoor te brengen gedurende de Grote Geloofsafval.
Novus Ordo Missae - Latijn voor Nieuwe Misorde; de term verwijst naar de Nieuwe Mis die op 3 april 1969 door Paulus VI werd afgekondigd.
Novus Ordo Kerk – zoals hiernaar in dit boek wordt verwezen is deze term eigenlijk synoniem is met de term “Vaticanum II sekte”, die de namaakkerk van Vaticanum II beschrijft, de Nieuwe Mis en zij die zich hierbij hebben aangesloten.
Traditionele Katholiek – iemand die gewoon katholiek is en zich houdt aan het katholieke geloof van alle tijden, die zich houdt aan alle door pausen afgekondigde dogma’s en de traditionele rites van de Kerk. Een traditionele katholiek accepteert niet de valse Vaticanum II religie of de Nieuwe Mis (de Novus Ordo) omdat dit nieuwigheden zijn die in strijd zijn met de katholieke leer.
Valse Traditionalist – iemand die zich in bepaalde opzichten houdt aan de traditionele katholieke leer (zoals het verzet tegen tegen oecumene of onderdelen van Vaticanum II), maar ook enigszins trouw blijft aan de valse Vaticanum II sekte. Deze trouw van “valse traditionalisten” aan de Vaticanum II sekte uit zich meestal door een erkenning van de post-Vaticanum II “pausen” als echte pausen terwijl het bewezen kan worden dat de post-Vaticanum II “pausen” antipausen zijn (zoals in dit boek wordt aangetoond).
Oecumene – de term verwijst naar de leer van Vaticanum II en de “pausen” na Vaticanum II om respect te tonen voor, zich te verenigen met, te bidden met, en achting te tonen voor valse religies. “Oecumene”, zoals in praktijk gebracht en geleerd door de Vaticanum II sekte, wordt regelrecht veroordeeld door de katholieke leer, de pausen en de gehele traditie van de Kerk. Ze stellen de ware godsdienst op één lijn met valse godsdiensten, en stellen de ware God gelijk met valse goden.
De oecumene van de Vaticanum II sekte wordt in dit boek zeer gedetailleerd belicht. Sommigen zeggen dat oecumene, strikt genomen, verwijst naar de ketterse praktijk om zich te verenigen met protestantse en schismatieke sekten, terwijl interreligieuze dialoog betrekking heeft op dezelfde praktijk met niet-christelijke religies. Maar de twee termen zijn tegenwoordig eigenlijk synoniem.
KATHOLIEKE BEGRIPPEN BETREFFENDE NIET-KATHOLIEKE RELIGIES
Niet-katholieke religies zijn vals / Buiten de Katholieke Kerk is er geen redding - De Katholieke Kerk leert als dogma dat er slechts één ware godsdienst is en één ware God. De Kerk leert dat alle niet-katholieke religies vals zijn en aan de duivel toebehoren. Het is een dogma van het katholieke geloof dat er buiten de Katholieke Kerk geen heil is (extra ecclesiam nulla salus). Dit is zeven keer door pausen ex cathedra afgekondigd.
Heidendom / de aanbidding van andere goden- De term heidendom heeft betrekking op de valse, polytheïstische religies, zoal het Boeddhisme, het Hindoeïsme. enz. De Katholieke Kerk leert dat de goden die aanbeden worden door leden van heidense godsdiensten (die verschillende goden aanbidden) duivels zijn.
Islam – een valse religie die door de valse profeet Mohammed is geopenbaard. Zijn volgers worden Moslims genoemd, die het boek De Koran volgen. Moslims verwerpen de Drie-eenheid en de Godheid van Christus. Volgens de katholieke leer is de Islam een afschuwelijke en een duivelse sekte. Moslims zijn ongelovigen (infideles) die voor hun redding bekeerd moeten worden.
De Vaticanum II sekte overlaad de Islam met lof en beschouwt die als een goede godsdienst.
Judaïsme – de religie die Jezus Christus als de Messias verwerpt en probeert de Oude Wet te onderhouden die door tussenkomst van Mozes is gegeven. Judaïsme gelooft dat de Messias nog voor de eerste keer moet komen. De Katholieke Kerk leert dat de Oude Wet herroepen is door de komst van Christus, dat het een doodzonde is als men deze blijft praktiseren (Concilie van Florence), en dat de aanhangers van de Joodse religie niet gered zullen worden tenzij ze zich tot Jezus Christus en het katholieke geloof bekeren.
Orthodoxie / Oosters-orthodoxie – de volgelingen van het schisma van de Katholieke Kerk dat plaatsvond in het jaar 1054. De “Orthodoxen” verwerpen het dogma van het Pausschap, Pauselijke Onfeilbaarheid en de laatste 13 dogmatische concilies van de Kerk. Zij staan ook echtscheiding en hertrouwen toe. In de katholieke leer worden zij als ketters en schismatici beschouwd. Zij moeten zich bekeren voor de eenheid en hun heil.
De sekte van Vaticanum II zegt echter dat 'de orthodoxen' niet bekeerd hoeven te worden voor hun heil. Ze leert dat ze deel uitmaken van de ware Kerk en op weg zijn naar het heil (zoals in dit boek wordt bewezen).
Protestanten – de volgelingen van de sekten die zich afgesplitst hebben van de Katholieke Kerk na de opstand van Maarten Luther in 1517. Protestanten zijn diegenen die het katholieke dogma op één of meer gebieden verwerpen. Iemand die een katholiek dogma verwerpt of ertegen protesteert is een ketter en wordt ipse facto (door het feit zelf) geëxcommuniceerd. Protestanten verwerpen meestal het katholiek dogma op het gebied van het priesterschap, de Mis, de sacramenten, het Pausschap, de noodzaak van geloof én werken, de voorspraak van de heiligen, enz.
De Vaticanum II sekte gelooft echter dat het protestantisme geen ketterij is, dat protestanten geen ketters zijn, dat hun sekten middelen tot heil zijn en deze sekten delen van de ware Kerk zijn.
ANDERE BELANGRIJKE KATHOLIEKE BEGRIPPEN DIE HET HELE BOEK DOOR WORDEN GEBRUIKT.
Katholieken mogen niet deelnemen aan niet-katholieke erediensten – Vóór Vaticanum II volgden alle handboeken van de moraal theologie de traditionele leer van de Kerk dat het een doodzonde is tegen de goddelijke leer om deel te nemen aan een niet-katholieke gebedsdienst. Na Vaticanum II wordt deze handeling, die een doodzonde is, officieel aangemoedigd (b.v. zie het hoofdstuk van dit boek: De Vaticanum II sekte vs. De Katholieke Kerk m.b.t. deelname aan niet-katholieke gebedsdiensten).
Ketterij kan zich uiten door daden – Hoewel sommigen hun ketterij uiten in geschrift of door mondelinge uitspraken, komen ketterij en geloofsafval hoofdzakelijk tot uiting door daden, en niet door woorden. Mensen geven uiting aan ketterij en geloofsafval doordat ze voor gebed naar niet-katholieke tempels gaan, zoals de synagoge of de moskee, of door samen met Protestanten en Schismatici in hun kerken te bidden.
Daarom leert St. Thomas van Aquino dat als iemand zou bidden bij de tombe van Mohammed, hij een afvallige zou zijn. Alleen al uit een dergelijke handeling zou blijken dat hij het katholieke geloof niet heeft, en dat hij de valse islamitische religie accepteert.
Wij zien hier dat ketterij met betrekking tot het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis kenbaar gemaakt kan worden door woord, geschrift en “andere uiterlijke middelen.” In zijn boek Principles of Catholic Theology (1982), blz. 198 geeft Benedictus XVI ook werkelijk toe dat de handelingen en gebaren van oecumene, die de post-Vaticanum II sekte naar de Oosterse schismatici heeft gemaakt, precies betekenen dat (volgens de Vaticanum II sekte) de schismatici het pauselijk primaatschap niet hoeven te aanvaarden:
In het boek zal dit verder ter sprake komen, maar het is een verbijsterende bekentenis door de vorige leider van de Vaticanum II sekte dat de oecumenische handelingen ketterij betekenen met betrekking tot het Pauselijk Primaatschap.
Dit is een duidelijk voorbeeld van ketterij, die door een daad tot uiting wordt gebracht.
De Katholieke Kerk verwerpt allen die een tegengesteld standpunt hebben –
Zij die de dogmatische leer van de Katholieke Kerk verwerpen worden door de Kerk veroordeeld, verdoemd en verstoten.
Als men één dogma van het katholieke geloof verwerpt, betekent dit dat men het gehele geloof verwerpt, aangezien Christus garant staat voor de waarheid van de dogma’s
Katholieken zijn niet in gemeenschap verbonden met ketters – Allen die het geloof van de Katholieke Kerk verwerpen bevinden zich buiten haar en zijn vreemden voor haar gemeenschap; ware katholieken moeten niet met hen verenigd zijn.
Men moet verzet bieden aan geestelijken, met inbegrip van bisschoppen en pausen, als zij van het geloof dwalen; zij verliezen automatisch hun ambt als zij publieke ketters worden
Wat betekent publiekelijk afvallen van het geloof?
Onvergankelijkheid – heeft betrekking op de beloften van Christus dat Hij altijd met Zijn Kerk zal zijn (Matth. 28) en dat de poorten van de hel de Kerk niet kunnen overweldigen (Matth. 16). Onvergankelijkheid betekent dat de Katholieke Kerk tot het einde der tijden in wezen zal blijven wat zij is. De onvergankelijkheid van de Kerk vereist dat ten minste een rest van de Kerk zal blijven bestaan tot aan het einde van de wereld, dat de officiële leer van de Kerk niet zal dwalen, en dat een ware paus nooit bindend dwalingen zal onderrichten aan de gehele Kerk. De onvergankelijkheid van de Kerk sluit niet uit dat er antipausen kunnen zijn, die zich voordoen als pausen, of een valse sekte die de aanhangers van de ware Katholieke Kerk reduceert tot een rest in de laatste dagen. Dat dit in de laatste dagen zal gebeuren en wat er tijdens de Ariaanse crisis is gebeurd is precies zo voorspeld.
Voetnoten bij de sectie Verklarende Woordenlijst met Termen en Principes
1 Denzinger, The Sources of Catholic Dogma, B. Herder Book. Co., Thirtieth Edition, 1957, no. 1839.
2 Denzinger 1800.
3 Denzinger 1818.
4 The Papal Encyclicals, by Claudia Carlen, Raleigh: The Pierian Press, 1990,Vol. 2 (1878-1903), Vol. 2 (1878-
1903), p. 393.
5 The Papal Encyclicals, Vol. 3 (1903-1939), p. 125.
6 The Papal Encyclicals, Vol. 1 (1740-1878), p. 230.
7 Denzinger 714.
8 The Papal Encyclicals, Vol. 3 (1903-1939), p. 381.
9 Decrees of the Ecumenical Councils, Sheed & Ward and Georgetown University Press, 1990, Vol. 1, p. 479.
10 Von Pastor, History of the Popes, II, 346; quoted by Warren H. Carroll, A History of Christendom, Vol. 3 (The
Glory of Christendom), Front Royal, VA: Christendom Press, p. 571.
11 Denzinger 712.
12 The Papal Encyclicals, Vol. 1 (1740-1878), pp. 41-42.
13 The Papal Encyclicals, Vol. 1 (1740-1878), p. 57.
14 The Papal Encyclicals, Vol. 3 (1903-1939), p. 242.
15 The Papal Encyclicals, Vol. 1 (1740-1878), p. 201.
16 The Papal Encyclicals, Vol. 3 (1903-1939), p. 317.
17 St. Thomas Aquinas, Summa Theologica, Pt. I-II, Q. 103., A. 4
18 St. Thomas Aquinas, Summa Theologica, Pt. II, Q. 12, A. 1, Obj. 2:
19 Denzinger 1641.
20 Benedict XVI, Principles of Catholic Theology, San Francisco: Ignatius Press, 1982, p. 198.
21 Denzinger 246.
22 Denzinger 705.
23 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 394.
24 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 393.
25 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 393.
Glossary of Terms and Principles
26 Quoted in Sacerdotium, # 2, Instauratio Catholica, Madison Heights, WI, p. 64.
27 The 1917 Pio-Benedictine Code of Canon Law, translated by Dr. Edward Von Peters, Ignatius Press, 2001, p.
83.
28 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 401.
29 The 1917 Pio-Benedictine Code of Canon Law, translated by Dr. Edward Von Peters, p. 695.
30 Dom Prosper Guéranger, The Liturgical Year, Loreto Publications, 2000, Vol. 4, p. 379.
31 Quoted by St. Robert Bellarmine, De Romano Pontifice, II, 30.
32 St. Francis De Sales, The Catholic Controversy, Rockford, IL: Tan Books, 1989, pp. 305-306.
33 St. Robert Bellarmine, De Romano Pontifice, II, 30.
34 Coll. Selecta SS. Eccl. Patrum. Caillu and Guillou, Vol. 32, pp. 411-412.