^
^
Recent Featured Videos and Articles | Eastern “Orthodoxy” Exposed | Why Hell Must Be Eternal | The Antichrist Identified! | What Fake Christians Get Wrong About Ephesians | Why So Many Can't Believe | “Magicians” Prove A Spiritual World Exists | Amazing Evidence For God | News Links |
Vatican II “Catholic” Church Exposed | Steps To Convert | Outside The Church There Is No Salvation | E-Exchanges | The Holy Rosary | Padre Pio | Traditional Catholic Issues And Groups | Help Save Souls: Donate |
De Schandalen en Ketterijen van Johannes XXIII
Johannes XXIII (Angelo Roncalli) – De man die het Tweede Vaticaans Concilie bijeenriep en beweerde paus te zijn van 1958-1963
Laten we enkele feiten over Angelo Roncalli (Johannes XXIII) onderzoeken. Angelo Roncalli werd geboren in 1881 en bekleedde diplomatieke posten in Bulgarije, Turkije en Frankrijk. Roncalli was ook "Patriarch" van Venetië.
ENKELE ACTIVITEITEN VAN JOHANNES XXIII VOOR ZIJN "VERKIEZING" TOT "PAUS" IN 1958
Het Heilig Officie had jarenlang een dossier bijgehouden over Angelo Roncalli (Johannes XXIII) met de tekst "verdacht van Modernisme". Het dossier dateerde van 1925, toen Roncalli, die bekend stond om zijn onorthodoxe leerstellingen, halverwege het semester abrupt werd ontheven van zijn hoogleraarschap aan het Lateraans Seminarie (hij werd beschuldigd van modernisme) en naar Bulgarije werd overgeplaatst. Deze overplaatsing naar Bulgarije was het begin van zijn diplomatieke carrière. Van bijzonder belang voor Rome was Roncalli's voortdurende, nauwe samenwerking met de uit het ambt gezette priester, Ernesto Buonaiuti, die in 1926 wegens ketterij was geëxcommuniceerd.
Al in 1926 schreef Angelo Roncalli (Johannes XXIII) aan een orthodox-schismaticus:
Deze uitspraak betekent dat de ene ware Kerk nog niet is gesticht.
In 1935 kwam Angelo Roncalli in Turkije aan en raakte bevriend met de Ondersecretaris van Buitenlandse Zaken, Naman Rifat Menemengioglu.4 Menemengioglu zei tegen Roncalli:
Terwijl hij in Turkije was, zei Roncalli ook: "Jullie Ieren zijn onmogelijk. Zodra dat je ter wereld komt, nog voordat je gedoopt bent, begin je iedereen die niet tot de Kerk behoort, vooral de protestanten, te verdoemen!"6
Hier is nog een ander citaat dat de ketterse opvattingen van Roncalli aantonen: "De extreem anti-katholieke groepering van de Grieks-orthodoxe Kerk kondigde met vreugde een overeenkomst met de Kerk van Engeland aan, waarbij elk van hen de geldigheid van de wijdingen van de ander erkende. Maar Roncalli was oprecht tevreden. Tegen de Grieken die hem stiekem vroegen wat hij van de regeling vond, zei hij oprecht: ‘Ik heb niets anders dan lof voor onze gescheiden broeders voor hun ijver om een stap te zetten in de richting van de eenwording van alle Christenen.’"7
Desmond O'Grady, voormalig correspondent van het Vaticaan voor de Washington Post, meldde dat, toen Roncalli in 1944 in Istanboel gevestigd was, hij "een preek hield over een concilie dat in de naoorlogse periode zou worden gehouden."8 Toen Roncalli nuntius in Frankrijk was, werd hij benoemd tot waarnemer van de Heilige Stoel bij het culturele bureau van de Verenigde Naties, UNESCO. In juli 1951 hield hij een toespraak "waarin hij de UNESCO uitbundig prees.... "9 Roncalli noemde de UNESCO "deze grote internationale organisatie.... "10
Toen Angelo Roncalli nuntius in Frankrijk was, benoemde hij een vrijmetselaar in de 33ste graad en een goede vriend van hem, baron Yves Marsaudon, tot hoofd van de Franse tak van de Maltese ridders, een katholieke lekenorde.11
MEN ZEGT DAT JOHANNES XXIII EEN VRIJMETSELAAR WAS
Yves Marsaudon, de eerder genoemde Franse vrijmetselaar en auteur, beweert ook dat Roncalli [Johannes XXIII] een vrijmetselaar in de 33ste graad werd toen hij nuntius in Frankrijk was. Mary Ball Martinez schreef dat leden van de Franse Republikeinse Garde vanuit hun post hadden waargenomen: "...de nuntius [Roncalli] in burgerkleding die zijn woning verlaat om de donderdagavondvergaderingen van het Grootoosten van Frankrijk [koepelorganisatie van Vrijmetselaarsloges] bij te wonen. Terwijl de gemiddelde man, of hij nu katholiek of vrijmetselaar is, ontmoedigd zou worden als hij aan zo'n dramatisch loyaliteitsconflict zou worden blootgesteld, lijkt het Angelo Roncalli niet van de wijs te brengen."12
Het tijdschrift 30 Days heeft enkele jaren geleden ook een interview gehouden met het hoofd van de Italiaanse Vrijmetselaars. De Grootmeester van het Grootoosten van Italië verklaarde: "Wat dat betreft lijkt het erop dat Johannes XXIII werd ingewijd (in een vrijmetselaarsloge) in Parijs en deelnam aan het werk van de afdelingen in Istanbul."13
Een keer in Parijs, woonde "Mgr." Roncalli een banket bij en zat naast een vrouw die gekleed was in jurk met een zeer onbescheiden decolleté. Het gezelschap met Roncalli voelde zich een beetje ongemakkelijk. De gasten richten hun blik op de "Pauselijke Nuntius". Roncalli verbrak de stilte met de humoristische opmerking:
Toen Johannes XXIII later "verheven" werd tot het kardinaalscollege, stond hij erop de rode biretta te ontvangen uit handen van de atheïst en de beruchte antiklerikale socialist Vincent Auriol, president van Frankrijk, die hij als "een eerlijke socialist" had omschreven.15
Johannes XXIII, die als kardinaal ervoor koos zijn biretta te ontvangen van de beruchte antikatholieke Vincent Auriol
Roncalli knielde voor Auriol, en Auriol plaatste de biretta op Roncalli's hoofd. Auriol hing vervolgens een "breed rood lint om de hals van de kardinaal en hem op elke wang omhelsde wat persoonlijke warmte gaf aan het formele protocol."16 Auriol moest zijn tranen wegvegen met een zakdoek toen Roncalli vertrok om zijn nieuwe waardigheid als "kardinaal" op zich te nemen.
Op sociale gelegenheden in Parijs zag men Roncalli (Johannes XXIII) ook vaak omgaan met de Sovjet-ambassadeur, Bogomolov, hoewel Bogomolov's regering haar vooroorlogse beleid van brute uitroeiing van katholieken in Rusland had hervat.
Angelo Roncalli (Johannes XXIII) gaat om met de moordenaar van katholieken
Johannes XXIII stond ook bekend als een "goede vriend en vertrouweling" van Edouard Herriot, secretaris van de antikatholieke radicaal-socialisten (van Frankrijk).18 “Misschien was Roncalli's grootste vriend wel de grote oude socialist en antiklerikaal, Edouard Herriot."19
Johannes XXIII met Ed Herriot en andere radicalen
Voordat Roncalli Parijs verliet, gaf hij een afscheidsdiner voor zijn vrienden. "Onder de gasten bevonden zich politici van rechts, links en het centrum die zich voor deze ene gelegenheid verenigden in hun genegenheid voor hun hoffelijke gastheer."20 Toen Roncalli "kardinaal" van Venetië was, gaf hij "de communisten geen enkele reden om hem te bekritiseren. De gebruikelijke antiklerikale beledigingen maakten plaats voor een respectvolle stilte."21 Toen “kardinaal” Roncalli in Venetië was “spoorde hij de gelovigen aan de socialisten van heel Italië, die in Venetië hun tweeëndertigste partijcongres hielden te verwelkomen."22
Roncalli heeft eens gesproken op het stadhuis van Venetië. Hij zei:
Dit is schaamteloze ketterij.
DE AKTIVITEITEN EN UITSPRAKEN VAN JOHANNES XXIII NA ZIJN “VERKIEZING”ALS “PAUS” IN 1958
Kort nadat hij "verkozen" was en zich in het Vaticaan had gevestigd, "vond Johannes XXIII een oud standbeeld van Hippolytus, een tegenpaus van de derde eeuw. Hij liet het beeld restaureren en bij de ingang van de Vaticaanse bibliotheek plaatsen."26 “Teleurgestelde gezichten verschenen overal op het Sint-Pietersplein toen Johannes XXIII zijn eerste pauselijke zegen gaf, want hij hief zijn armen nauwelijks op. De Romeinen vonden zijn kruisteken maar een meelijwekkend gebaar, want hij bewoog zijn pols ongeveer op heuphoogte."27
Toen Johannes XXIII een encycliek over boetedoening publiceerde, werd er geen vasten of zelfs maar een verplichte onthoudingsdag van voedsel of wereldlijke genoegens afgekondigd.30 Johannes XXIII zei over zichzelf: "Ik ben de Paus die steeds maar op het gaspedaal trapt."31
De vader van Johannes XXIII was een wijnbouwer. Over zijn vader zei Johannes XXIII:
JOHANNES XXIII OVER KETTERS, SCHISMATICI EN NIET-KATHOLIEKEN
Johannes XXIII beschreef wat hij vond dat de houding moest zijn van het Tweede Vaticaans Concilie tegenover de niet-katholieke sekten met deze woorden: "Wij zijn niet van plan om het verleden te berechten. We willen niet bewijzen wie gelijk had en wie ongelijk. Het enige wat we willen zeggen is: 'Laten we bij elkaar komen; laten we een einde maken aan onze verdeeldheid'.33 Zijn instructies aan "kardinaal" Bea, hoofd van het Secretariaat voor de eenheid van de Christenen waren: "We moeten voorlopig de punten waarover we van mening verschillen terzijde laten."34
Op een keer riep een "congreslid plotseling uit: ‘Ik ben baptist.’ Glimlachend zei Johannes XXIII: 'Nou, ik ben Johannes.’ “35 Johannes XXIII zei tegen de niet-katholieke Roger Schutz, stichter van de oecumenische gemeenschap in Taize (een niet-katholiek, oecumenisch klooster): "U bent in de Kerk, vrede zij met u". Schutz riep uit: "Maar dan zijn wij katholieken!". Johannes XXIII zei: "Ja, we zijn niet langer gescheiden."36
Dit is regelrechte ketterij.
Johannes XXIII ontving in het Vaticaan de eerste "aartsbisschop" van Canterbury, de eerste "prelaat" van de Amerikaanse episcopale kerk en de eerste Shinto hogepriester.38 Johannes XXIII heeft eens gezegd: "Als ik als moslim geboren was, geloof ik dat ik altijd een goede moslim zou zijn gebleven, trouw aan mijn religie."39
Een van de eerste handelingen van Johannes XXIII was dat hij de islamitische Sjah van Iran in audiëntie ontving. Toen de Sjah van Iran op het punt stond te vertrekken, "gaf Johannes XXIII hem zijn zegen die hij voorzichtig opnieuw had geformuleerd om te voorkomen dat hij de mohammedaanse geloofsregels zou schenden: ‘Moge de overvloedige gunst van de Almachtige God met u zijn.’"40
Door de zegening anders te formuleren, liet Johannes XXIII: 1) de Allerheiligste Drie-eenheid, die in de zegening wordt aangeroepen, weg om de ongelovige niet te beledigen; en 2) gaf hij de zegen aan een lid van een valse godsdienst. Dit is in strijd met de Bijbelse leer die het geven van de zegen aan ongelovigen verbiedt, zoals Paus Pius XI nog eens heeft bevestigd.
Op 18 juli 1959 heeft Johannes XXIII het volgende gebed afgeschaft: "Wees Koning over allen die nog ronddolen in de duisternis van het heidendom of de islam."42 In zijn apostolische brief van 17 oktober 1925 bepaalde Paus Pius XI dat dit gebed publiek gebeden moest worden op het feest van Christus Koning.43 Johannes XXIII heeft de Veertien Heilige Helpers en een aantal andere heiligen uit de heiligenkalender verwijderd, waaronder de heilige Philomena.
St. Philomena, slechts een van de heiligen die door Johannes XXIII en Paulus VI uit de heiligenkalender is verwijderd.
Onder Paus Gregorius XVI gaf de Heilige Congregatie van de Riten een volledige en gunstige beslissing voor de verering van de heilige Philomena; bovendien gaf Paus Gregorius XVI aan St. Philomena de titels: "de Wonderdoenster van de 19de eeuw" en "Patrones van de Levende Rozenkrans."44 Zij werd in 1837 door diezelfde Paus heilig verklaard. Een heiligverklaring van een heilige is "een openbare en officiële verklaring van de heldhaftige deugd van een persoon en de opname van zijn of haar naam in de canon (rol of register) van de heiligen.... Dit oordeel van de Kerk is onfeilbaar en onomkeerbaar."45
Hieronder zie je een foto van Johannes XXIII, die een ontmoeting heeft met oosterse schismatici op het Tweede Vaticaans Concilie. Johannes XXIII wilde dat de geestelijkheid van de "Orthodoxe" Kerken van Rusland (waarvan velen KGB-agenten waren) aan Vaticanum II zou deelnemen. De "orthodoxen" zeiden dat sommige van hun geestelijken aanwezig zouden zijn, op voorwaarde dat er tijdens het concilie geen veroordeling van het communisme zou worden uitgesproken. Vandaar dat Johannes XXIII - de initiatiefnemer van de geloofsafval van Vaticanum II - de "grote overeenkomst" tot stand bracht, de Vaticaan-Moskou overeenkomst. Het Vaticaan stemde ermee in het communisme in Vaticanum II niet te veroordelen, zodat deze oosterse schismatici als waarnemers het Concilie konden bijwonen!47 Dat is nog eens een overeenkomst, hè! Het is duidelijk dat Johannes XXIII een vrijmetselaar was en waarschijnlijk een communist; hij was de man die de massale samenzwering en afvalligheid – de sekte van Vaticanum II – in gang zette.
Johannes XXIII met oosterse schismatici tijdens het Tweede Vaticaans Concilie
Johannes XXIII zag waar de niet-katholieke waarnemers bij Vaticanum II zouden gaan zitten en zei: "Zo kan het niet! Zet onze gescheiden broeders dicht bij me". Zoals een verheugde anglicaan het zei: "Dus, daar zaten we dan - pal op de eerste rij."48
Op 11 oktober 1962 hield Johannes XXIII zijn openingstoespraak voor het Concilie:
Zoals we hierboven zien, heeft Johannes XXIII in zijn openingstoespraak in Vaticanum II verklaard dat de Kerk in het verleden dwalingen heeft bestreden en veroordeeld, maar dat zij vandaag de dag geen veroordelingen meer zal uitspreken. Hij verkondigde ook de ketterij dat "de hele christelijke familie deze zichtbare eenheid in waarheid nog niet volledig heeft bereikt". Ten eerste bestaat de "hele christelijke familie" alleen maar uit katholieken. Het is ketterij als je zegt dat de "hele christelijke familie" niet-katholieken omvat, zoals Johannes XXIII beweerde. Ten tweede zei Johannes XXIII dat de christelijke familie (dat is de Katholieke Kerk) "deze zichtbare eenheid in waarheid nog niet volledig heeft bereikt". Dit is ketterij. Het is een ontkenning van de eenheid van de ware Kerk van Christus. De ware kerk (de katholieke kerk) is één in het geloof. De katholieke kerk heeft al een "zichtbare eenheid in waarheid" bereikt en zal deze altijd behouden.
Johannes XXIII heeft ook de rubrieken voor het Brevier en het Missaal gewijzigd. Hij heeft de Leoninische gebeden afgeschaft. Paus Leo XIII had voorgeschreven dat deze na de Mis moesten worden uitgesproken. Deze gebeden zijn ook voorgeschreven door Paus Pius X en Paus Pius XI.52 Hiertoe behoorde ook het gebed tot de Aartsengel Michaël, een gebed dat specifiek melding maakt van de strijd die de Kerk tegen de duivel voert. Johannes XXIII verwijderde de Psalm Judica me uit de Mis. Vervolgens schrapte Johannes XXIII het Laatste Evangelie, het Evangelie van Johannes. Dit Evangelie wordt ook gebruikt tijdens een exorcisme.53
Vervolgens schafte Johannes XXIII het tweede Confiteor in de Mis af. Pas na al deze veranderingen bracht hij een verandering aan in de Canon van de Mis door hier de naam van de heilige Jozef in te voegen.54 Het verzoek om de naam van de heilige Jozef in de canon te laten opnemen werd officieel afgewezen door Paus Pius VII op 16 september 1815,55 en door Paus Leo XIII op 15 augustus 1892.56 De andere grote veranderingen met betrekking tot het Heilig Misoffer (die voorafgingen aan de geheel nieuwe Mis van Paulus VI in 1969) werden van kracht op de eerste Adventszondag in 1964.
JOHANNES XXIII OVER SOCIALISME EN COMMUNISME
Johannes XXIII schreef een brief waarin hij Marc Sangnier prees, de stichter van de Sillon. De Sillon was een organisatie die door Paus Pius X was veroordeeld. Johannes XXIII schreef over Sangnier: "De krachtige fascinatie voor zijn (Sangniers) woorden , voor zijn ziel, had mij in vervoering gebracht, en aan hem en zijn politieke en sociale activiteit bewaar ik de levendigste herinneringen uit mijn vroege jaren als priester... "57
In zijn encycliek Mater et Magistra (over christendom en sociale vooruitgang) promootte Johannes XXIII socialistische idealen en veroordeelde hij geen enkele keer anticonceptie of het communisme. Op de vraag waarom hij zou antwoorden op de groet van een communistische dictator, antwoordde Johannes XXIII: "Ik ben Paus Johannes, niet vanwege enige persoonlijke verdienste, maar vanwege een daad van God, en God is in ieder van ons."58 "Johannes heeft zich grondig vermaakt met de communisten; men zou kunnen denken dat het zijn eigen broers waren."59 Het communisme is 35 keer veroordeeld door Paus Pius XI en 123 keer door Paus Pius XII.60
Op 6 maart 1963 ontving Johannes XXIII Aleksei Adzhubei en zijn vrouw Rada in een speciale audiëntie. Rada was de dochter van Chroetsjov, de premier van de Sovjet-Unie. Rada sprak over haar ontmoeting met Johannes XXIII: "Hij gaf Aleksei en mij een paar symbolische geschenken, die ook voor mijn vader bestemd waren en hij zei: '....Dat is voor uw Papa.’”61
Ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag (25 november 1961) ontving Johannes XXIII een telegram van Chroetsjov met zijn "gelukwensen en oprechte wensen voor een goede gezondheid en succes in zijn nobele aspiraties om bij te dragen aan … vrede op aarde."62
De Secretaris-generaal van de Britse Communistische Partij, John Gollan, zei voor de televisiecamera's op 21 april 1963 dat de “encycliek (Pacem in Terris) [van Johannes XXIII] hem had verrast en blij gemaakt” en dat hij daarom zijn “oprechte voldoening had geuit op het recente 28ste partijcongres.”63
Een van de goede vrienden van Johannes XXIII was Giacomo Manzu, communist en winnaar van de Lenin Vredesprijs.64 Johannes XXIII zei: “Ik zie niet in waarom een christen niet op een marxist zou kunnen stemmen als hij die geschikter vindt om zo'n politieke koers te volgen en een historisch eindbestemming na te streven.”65
De katholieke kerk heeft het communisme meer dan 200 keer veroordeeld.66
JOHANNES XXIII TIJDENS ZIJN "PONTIFICAAT" GEPREZEN DOOR VRIJMETSELAARS EN COMMUNISTEN
Dit is ketterij. Het is niet het recht van de mens om in het openbaar valse goden te aanbidden. Dit is door veel pausen veroordeeld, zoals we in het hoofdstuk over Vaticanum II hebben besproken. Toen de theoloog van het Heilig Officie, pater Ciappi, tegen Johannes XXIII zei dat zijn encycliek Pacem in Terris in strijd was met de leer van Paus Gregorius XVI en Paus Pius IX over de vrijheid van godsdienst, reageerde hij: “Ik stoor me niet aan een paar plekjes als het grootste deel ervan glanst."67
Johannes XXIII's encycliek Pacem in Terris werd door de vrijmetselaars zelf geprezen als een vrijmetselaarsdocument. Hier volgen slechts enkele voorbeelden:
Dit is een citaat uit het Vrijmetselaarsbulletin, het officiële orgaan van de Opperraad van de 33e Graad van de Aloude en Aangenomen Schotse Ritus, voor het Vrijmetselaarsdistrict van de Verenigde Staten van Mexico, gelegen aan de Lucerna St. 56, Mexico, D.F. (jaar 18, nr. 220, mei 1963):
In het boek Resurgence du Temple, uitgegeven en geredigeerd door de Tempeliers (Vrijmetselaars), 1975:149, is het volgende citaat van belang: "De richting van onze activiteit: Voortzetting van het Werk van Johannes XXIII en al degenen die hem gevolgd zijn op weg naar het universalisme van de Tempeliers."69
JOHANNES XXIII EN DE JODEN
Johannes XXIII zette bv. ook zijn auto stil om Joden te zegenen die na hun "sabbat" eredienst weggingen.70
HEEFT JOHANNES XXIII BEKEND GEMAAKT DAT HIJ EEN JOOD WAS?
Johannes XXIII begroette eens enkele Joodse bezoekers met de woorden: "Ik ben Jozef, uw broer."71 Hoewel deze zeer mysterieuze uitspraak van Johannes XXIII tegenover joden vaak is geciteerd, is de betekenis ervan nog niet uitgelegd. Wij geloven dat er een goede verklaring is voor de betekenis ervan: Deze uitspraak van Johannes XXIII, "Ik ben Jozef, uw broeder", is een citaat uit Genesis 45: 4. Deze woorden werden door de patriarch Jozef, de zoon van Jakob, gesproken tot zijn broers, toen zij in Egypte kwamen ten tijde van de hongersnood. Degenen die bekend zijn met dit Bijbelverhaal weten dat Jozef vele jaren daarvoor door zijn broers in slavernij was verkocht, maar dat hij was opgeklommen tot de hoogste positie in het koninkrijk van Egypte (ook al was hij niet een van hen), omdat hij de droom van Farao met succes had verklaard. Omdat hij was opgeklommen tot de hoogste positie in het koninkrijk van de Egyptenaren, was hij vrij om de schatten van het koninkrijk naar eigen goeddunken uit te delen, bijvoorbeeld aan zijn broers. Hij gaf royaal aan zijn broers en alles zonder betaling.
Als we bedenken dat er bewijs is dat Johannes XXIII een vrijmetselaar was, dat Johannes XXIII onder meer het proces van opstand tegen de Katholieke Kerk door Vaticanum II in gang zette en dat het "pontificaat" van Johannes XXIII de aanzet gaf tot de nieuwe revolutionaire houding ten aanzien van de joden, dan wordt het duidelijk wat zijn verklaring tegenover de joden betekent. Net zoals Jozef, die niet één van de Egyptenaren was, zich een stevige positie verworven had aan de top van de hiërarchie van de Egyptenaren en dit aan zijn broers onthulde met de woorden "Ik ben Jozef, uw broer", vertelde Johannes XXIII aan de Joden dat hij "Jozef, uw broer" was, omdat hij eigenlijk een joodse infiltrant was die zich genesteld had op de allerhoogste positie in de hiërarchie van de christenen (zo leek het althans). Het was de cryptische manier van Johannes XXIII om te onthullen wat hij werkelijk was: een complotterende antipaus ten dienste van de vijanden van de Kerk.
Vlak voor zijn dood schreef Johannes XXIII het volgende gebed voor de Joden. Dit gebed werd door het Vaticaan bevestigd als het werk van Johannes XXIII.72
Johannes XXIII zegt hier dat de Joden nog steeds het uitverkoren volk zijn, en dat is ketterij. De uitdrukking "trouweloze Joden" was de uitdrukking die door katholieken in de Goede Vrijdag liturgie werd gebruikt tot Johannes XXIII die in 1960 verwijderde.74 Het woord "perfidis" betekent "ontrouw". “Op Goede Vrijdag 1963 gebruikte de kardinaal die de celebrant was in de St-Pieter de oude woorden (trouweloze joden) uit gewoonte. Johannes XXIII verbijsterde de gelovigen door hem halverwege te onderbreken met de woorden ‘Zeg het nog maar eens op de nieuwe manier.’”75
Tegen een pas gedoopte joodse jongen, zei Johannes XXIII: "Door katholiek te worden, word je niet minder joods."77 In de nacht van het overlijden van Johannes XXIII kwamen de opperrabbijn van Rome en andere leiders van de joodse gemeenschap met honderdduizenden op het Sint-Pietersplein bijeen om te rouwen.78
Alden Hatch, auteur van A Man Named John: The Life of John XXIII, zei over Johannes XXIII: "...Ongetwijfeld had niemand (van de vorige pausen) de harten van mensen zo geraakt, van mensen van alle religies en van mensen zonder geloof. Want zij wisten dat hij van hen hield, ongeacht wat zij waren of wat zij geloofden."79
DE DOOD VAN JOHANNES XXIII
Na zijn dood liet het Vaticaan Gennar Goglia komen, die samen met zijn collega's Johannes XXIII gebalsemd heeft. Goglia injecteerde tien liter balsemvloeistof in de pols en de maag van Johannes XXIII om ontbinding tegen te gaan.80 Dit verklaart waarom het lichaam van Johannes XXIII niet tot ontbinding overging zoals dat normaal het geval is. In januari 2001 werd het lichaam van Johannes XXIII opgegraven en in een nieuwe kogelvrije kristallen kist in de Sint-Pietersbasiliek geplaatst. Het gezicht en de handen van Johannes XXIII werden met een laagje was bedekt.81
VERKLARINGEN VAN VRIJMETSELAARS, COMMUNISTEN EN NIET-KATHOLIEKEN DIE JOHANNES XXIII NA ZIJN DOOD PRIJZEN
Na de dood van Johannes XXIII werden talrijke documenten van communisten, vrijmetselaars en joden naar het Vaticaan gestuurd waarin zij uiting gaven aan hun verdriet over de dood van Johannes XXIII. Mensen als "Fidel Castro en Nikita Chroetsjov stuurden boodschappen van lof en verdriet."82
Charles Riandey, een soevereine grootmeester van geheime genootschappen, verklaarde in zijn voorwoord in een boek van Yves Marsaudon (staatssecretaris van de Opperste Raad van Franse geheime genootschappen):
Een tweede voorwoord bij het boek was gericht aan "Zijn verheven opvolger, Zijne Heiligheid Paus Paulus VI."85
De hooggeplaatste vrijmetselaar Carl Jacob Burckhardt schreef in het Journal de Geneve: "Ik ken kardinaal Roncalli heel goed. Hij was een deïst en een rationalist wiens kracht niet lag in het geloven in wonderen en het vereren van wat heilig is.”86
EEN KETTER KAN GEEN GELDIGE PAUS ZIJN
Zoals we al zagen, leert de katholieke kerk dat een ketter geen geldig gekozen paus kan zijn, omdat een ketter geen lid is van de Katholieke Kerk. De hier gepresenteerde feiten bewijzen dat Johannes XXIII, de man die het Vaticanum II bijeenriep en de afvallige Conciliaire Kerk begon, onmiskenbaar een ketter was. Hij was geen geldige paus. Angelo Roncalli (Johannes XXIII) was een niet-katholieke, samenzweerderige antipaus die de geloofsafval van Vaticanum II in gang zette.
DE VERBAZINGWEKKENDE OVEREENKOMSTEN TUSSEN DE TEGENPAUS JOHANNES XXIII VAN HET WESTERS SCHISMA EN DE ANTIPAUS JOHANNES XXIII VAN VATICANUM II
De naam "Johannes" werd al vijfhonderd jaar door pausen vermeden omdat de laatste man die deze naam had, was de beruchte tegenpaus Johannes XXIII (Baldassare Cossa) van het Westers Schisma. De parallellen tussen de eerste tegenpaus Johannes XXIII (Baldassare Cossa) en de tweede (Angelo Roncalli) zijn opvallend.
De regering van de eerste tegenpaus Johannes XXIII duurde vijf jaar, van 1410 tot 1415, net als het regeringsperiode van de recente antipaus Johannes XXIII, die vijf jaar duurde, van 1958 tot 1963.
De eerste tegenpaus Johannes XXIII riep een vals concilie bijeen, het Concilie van Konstanz bijeen. (Het Concilie van Konstanz werd later een echt Oecumenisch Concilie, waarvan een aantal zittingen door de echte paus werden goedgekeurd ; maar op het moment dat tegenpaus Johannes XXIII het Concilie opende, was het een vals Concilie.) De recente antipaus Johannes XXIII (Angelo Roncalli) riep eveneens een vals concilie bijeen, het Tweede Vaticaans Concilie!
De eerste tegenpaus Johannes XXIII opende zijn valse concilie in Konstanz in het 4e jaar van zijn regering, in 1414. De recente antipaus Johannes XXIII opende Vaticanum II in het 4e jaar van zijn regeringsperiode, 1962.
De regering van de eerste tegenpaus Johannes XXIII eindigde kort voor de 3e Zitting van zijn valse concilie, in 1415. De recente antipaus Johannes XXIII stierf kort voor de 3e Zitting van het Vaticaan II, in 1963, en eindigde daarmee zijn regering.
Wij geloven dat de overeenkomsten tussen de eerste tegenpaus Johannes XXIII en de tweede antipaus niet louter toevalligheden zijn. De eerste tegenpaus Johannes XXIII was ook de laatste tegenpaus die vanuit Rome regeerde. Gaf Angelo Roncalli, de recente antipaus Johannes XXIII, door die naam aan te nemen, symbolisch (op de cryptische manier waarop vrijmetselaars de dingen doen) aan dat hij in de traditie van de tegenpausen het regeren vanuit Rome voortzet?
Kardinaal Heenan, die aanwezig was bij het conclaaf van 1958, dat ons Johannes XXIII heeft gebracht, heeft ooit gezegd: "Er was niets geheimzinnigs aan de uitverkiezing van Paus Johannes. Hij werd gekozen omdat hij een heel oude man was. Zijn voornaamste taak was Mgr. Montini (de latere Paulus VI), de aartsbisschop van Milaan, tot kardinaal te maken, zodat hij in het volgende conclaaf gekozen kon worden. Dat was het beleid en het werd precies zo uitgevoerd.”87
Voetnoten bij hoofdstuk 13:
1 Yves Marsaudon in zijn boek Ecumenism Viewed by a Traditional Freemason, Paris: Ed. Vitiano; geciteerd door Dr. Rama Coomaraswamy, The Destruction of the Christian Tradition, p. 247.
2 Lawrence Elliott, I Will Be Called John, 1973, pp. 90-92.
3 Luigi Accattoli, When A Pope Asks Forgiveness, New York: Alba House and Daughters of St. Paul, 1998, pp. 18-19.
4 Alden Hatch, A Man Named John, NY, NY: Hawthorn Books Inc., 1963, p. 93.
5 Alden Hatch, A Man Named John, p. 94.
6 Alden Hatch, A Man Named John, p. 96.
7 Alden Hatch, A Man Named John, p. 98.
8 St. Anthony’s Messenger, Nov. 1996.
9 Alden Hatch, A Man Named John, p. 117.
10 Alden Hatch, A Man Named John, p. 118.
11 Paul I. Murphy and R. Rene Arlington, La Popessa, 1983, pp. 332-333.
12 Mary Ball Martinez, The Undermining of the Catholic Church, Hillmac, Mexico, 1999, p. 117.
13 Giovanni Cubeddu, 30 Days, Issue No. 2-1994., p. 25.
14 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, NY, NY: Holt, Rinehart and Winston,1964, p. 90.
15 Alden Hatch, A Man Named John, p. 121.
16 Alden Hatch, A Man Named John, p. 123.
17 Kurt Klinger, A Pope Laughs, p. 99.
18 Rev. Francis Murphy, John XXIII Comes To The Vatican, 1959, p. 139.
19 Alden Hatch, A Man Named John, p. 114.
20 Alden Hatch, A Man Named John, p. 125.
21 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 104.
22 Mark Fellows, Fatima in Twilight, Niagra Falls, NY: Marmion Publications, 2003, p. 159.
23 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 105.
24 The Papal Encyclicals, by Claudia Carlen, Raleigh: The Pierian Press, 1990, Vol. 4 (1903-1939), p. 434.
25 Peter Hebblethwaite, John XXIII, The Pope of the Council, Doubleday, ed. Le Centurion, 1988, p. 271.
26 Paul Johnson, Pope John XXIII, pp. 37, 114-115, 130.
27 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 24.
28 Time Magazine, “1962 Man of the Year: Pope John XXIII”, uitgave van 4 januari, 1963.
29 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 49.
30 Romano Amerio, Iota Unum, Angelus Press, 1998, p. 241.
31 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 134.
32 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 110.
33 Alden Hatch, A Man Named John, p. 192.
34 Alden Hatch, A Man Named John, p. 192.
35 Alden Hatch, A Man Named John, p. 194.
36 Luigi Accattoli, When A Pope Asks Forgiveness, p. 19.
37 Denzinger, The Sources of Catholic Dogma, B. Herder Book. Co., Dertiende editie, 1957, no. 705.
38 Time Magazine, “1962 Man of the Year: Pope John XXIII”, uitgave van 4 Januari 1963
39 Allegri, Il Papa che ha cambiato il mondo, ed., Reverdito, 1998, p. 120. Tevens geciteerd in Sacerdotium, Issue #11, 2899 East Big Beaver Rd., Suite 308, Troy, MI., p. 58.
40 Alden Hatch, A Man Named John, p. 193.
41 The Papal Encyclicals, Vol. 3 (1903-1939), p. 316.
42 Luigi Accattoli, When A Pope Asks Forgiveness, p. 20.
43 Fr. F.X. Lasance, My Prayer Book, 1938 ed., p. 520a.
44 Fr. Paul O'Sullivan, O.P., Saint Philomena, The Wonder Worker, Rockford, IL: Tan Books, 1993, pp. 69-70.
45 A Catholic Dictionary, edited by Donald Attwater, Tan Books, 1997, p. 72.
46 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 135.
47 Mark Fellows, Fatima in Twilight, Niagra Falls, NY: Marmion Publications, 2003, p. 180.
48 Alden Hatch, A Man Named John, NY, p. 14.
49 Walter Abbott, The Documents of Vatican II, The America Press, 1966, pp. 712; 716; 717.
50 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 389.
51 The Papal Encyclicals, Vol. 2 (1878-1903), p. 390.
52 The Reign of Mary, Spokane, WA., Spring, 1986, p. 10.
53 The Reign of Mary, Vol. XXIX, No. 93, p. 16.
54 The Reign of Mary, Vol. XXIX, No. 93, p. 16.
55 The Reign of Mary, Vol. XXII, No. 64, p. 8.
56 The Reign of Mary, Spring, 1986, pp. 9-10.
57 Angelo Giuseppe Roncalli, John XXIII, Mission to France, 1944-1953, pp. 124-125.
58 The Reign of Mary, Spring, 1986, p. 9.
59 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 57.
60 Piers Compton, The Broken Cross, Cranbrook, Western Australia: Veritas Pub. Co., 1984, p. 45.
61 Kurt Klinger, A Pope Laughs, Stories of John XXIII, p. 24.
62 Mark Fellows, Fatima in Twilight, p. 177; tevens Piers Compton, The Broken Cross, p. 44.
63 Fr. Joaquin Arriaga, The New Montinian Church, Brea, CA., p. 170.
64 Curtis Bill Pepper, An Artist and the Pope, London, England: Grosset & Dunlap, Inc. Front cover & inside slip cover of book; zie ook p. 5.
65 Fr. Joaquin Arriaga, The New Montinian Church, Brea, Ca., p. 570.
66 Michael Davies, Pope John’s Council, Kansas City, MO: Angelus Press, 1992, p. 150.
67 Catholic Restoration, March-April 1992, Madison Heights, MI, p. 29.
68 Fr. Joaquin Arriaga, The New Montinian Church, pp. 147-148.
69 A.D.O. Datus, “Ab Initio,” p. 60.
70 George Weigel, Witness to Hope, New York, NY: Harper Collins Publishers, Inc., 1999, p. 484.
71 Bart McDowell, Inside the Vatican, Washington D.C.: National Geographic Society, 1991, p. 193; het staat ook in Time Magazine, uitgave van 4 januari 1963; Ook geciteerd in The Bible, The Jews and the Death of Jesus, Bishops’ Committee for Ecumenical and Interreligious Affairs, United States Conference of Catholic Bishops, 2004, p. 59.
72 The Reign of Mary, "John XXIII and the Jews," Spring, 1986, p. 11.
73 B'nai B'rith Messenger, vrijdag 4 november 1964.
74 Luigi Accattoli, When A Pope Asks Forgiveness, p. 15.
75 Alden Hatch, A Man Named John, p. 192.
76 The Papal Encyclicals, Vol. 1 (1740-1878), pp. 41-42.
77 Catholic Restoration, May-June 1993, Madison Heights, MI, p. 24.
78 Darcy O' Brien, The Hidden Pope, New York, NY: Daybreak Books, 1998, p. 10.
79 Alden Hatch, A Man Named John, after p. 238 (eerste pagina van de toevoeging).
80 Wendy Reardon, The Deaths of the Popes, Jefferson, NC., McFarland & Co., Inc., 2004, p. 244.
81 Wendy Reardon, The Deaths of the Popes, p. 244.
82 Alden Hatch, A Man Named John, na p. 238 (zevende pagina v de toevoeging).
83 Fr. Joaquin Arriaga, The New Montinian Church, p. 147.
84 Piers Compton, The Broken Cross, Cranbrook, Western Australia: Veritas Pub. Co. Ptd Ltd, 1984, p. 50.
85 Piers Compton, The Broken Cross, Cranbrook, p. 50.
86 A.D.O Datus, “AB INITIO,” p. 60.
87 De biografie van Kardinaal Heenan, Crown of Thorns.